DAGVLINDERS IN MEI
Het vroege voorjaar met een paar warme dagen is al goed voor het vliegen van enkele overwinterende soorten maar in Mei gaat het toch echt los. Het opmerken van die vroege vlinders maakt een mens optimistisch maar vorst en kou houden de spanning erin.
Citroenvlinder, dagpauwoog, kleine vos en gehakkelde (gekartelde) aurelia en soms atalanta nemen dus een vroege start vanaf februari/maart. Kleine vos, klein koolwitje, klein geaderd witje en groot koolwitje volgen en in mei zijn ze geen uitzondering meer. Kleine vos gaat sterk achteruit dus let goed op!
Oranjetipje profiteert van de pinksterbloem dus hoe eerder
die bloeit, des te eerder je ze ziet. Kijk ook omhoog, misschien zie je boomblauwtje. Als je boft, kun je ook weinig voorkomende vlinders tegenkomen in mei: groentje, kleine parelmoervlinder en argusvlinder (melden bij waarneming.nl!). Iets verder in mei vliegen kleine vuurvlinder, icarusblauwtje (1e generatie), bont zandoogje, landkaartje (in voorjaarskleed), hooibeestje en soms distelvlinder.
Loop je buiten in Zwolle e.o. met je smartphone, heb je een foto gemaakten en een herkennings app geïnstalleerd, dan is determinatie geen probleem. Het zijn vaak zulke algemene soorten dat de meeste mensen ze sowieso al kennen. Vlinderaars hebben geen steun nodig … Toch wat tips. Het landschap is belangrijk: Zwolle e.o.heeft veel grasland waar je de meeste genoemde soorten kunt zien maar denk ook aan bermen, dijken, etc.
Struik en bos hebben de voorkeur van bijv. bont zandoogje en landkaartje. Hooibeestje en kleine vuurvlinder vinden ook (warm) zand lekker. Vooral de laatste jaren is er een landschap bijgekomen, nl. stad en tuin. Wie heeft er niet een citroenvlinder of een witje zien vliegen lopend in de stad! Mensen met een tuin (en zelfs een balkon) melden ook dat ze vlinders zien. Als je nog geen idee hebt van de soort, kijk naar de kleur, grootte en vorm.
De kleur geeft vaak al houvast bij het vinden van de naam, zoals.citroen, wit, blauw, hooikleur, vuur, oranje(tipje). Of de tijd van het jaar zoals bij het landkaartje, hoofdkleur oranje in het voorjaar maar zwart in de zomer. Dan de grootte,vorm en tekening: klein en ‘…tje’ spreken voor zichzelf maar groot is geen garantie voor heel groot, Vorm zoals bij de gehakkelde = gekartelde aurelia maar vooral tekening helpen je.
De dagpauwoog met zijn vier grote pauwenogen op roodbruin, kleine vos met helder blauwe stipjes op de rand van de achtervleugel en de onderkant van de diverse blauwtjes die het moeilijk kunnen maken om ze uit elkaar te houden.
Kortom: mooi weer in de buitenlucht heel relaxed om je heen kijkend is een vlinder in mei vrolijk makend en een goed tegenwicht bij alle beperkingen. Wil je meedoen met tellen op een vlinderroute, dan draag je bij aan het verzamelen van gegevens die helpen om de vlinderstand in de gaten te houden.
Aanmelden kan bij de Insecten/Vlinderwerkgroep Zwolle.