Kevers kieken, en er is nog veel meer te zien!
In het winterseizoen is het erg leuk om naar diverse verhalen te luisteren over diverse insecten. Dat hebben we dan ook volop gedaan, smakelijke verhalen van geanimeerde praatjesmakers.
Kevers, wantsen, bijen, wespjes . . . .
Maar het tij keert! Van binnen naar buiten!! Tijd voor Werkgroep-excursies, naar buiten! We hebben 7 data geprikt, zaterdagen van 10 tot 12 en zondagen van 14 tot 16 uur.
Zet de volgende data alvast in je agenda, iedereen is welkom:
Zaterdag 13 mei
Zondag 11 juni
Zaterdag 1 juli
Zondag 30 juli
Zaterdag 19 augustus
Zondag 3 september
Zaterdag 30 september
Waar? Dat laten we weten in de uitnodiging die ik steeds een week van tevoren naar je toestuur. Laat me weten als je op de hoogte wil blijven: alfredbur@hetnet.nl
Nog één keer een insecten-studieavond 23 maart.
Op donderdagavond 9 februari was de belangstelling groot: 32 deelnemers!
Het programma bestond uit 4 mini-lezinkjes: de rosse metselbij, hommel-bloem-relaties, de vuurwants en plaagbestrijding met insecten.
Voor de voorstelronde kon iedereen een foto meenemen om te projecteren en er vervolgens iets over te vertellen zoals de gevlamde vlinder op bijgaande foto.
We hebben besloten om nog een échte laatste insectenstudieavond te organiseren voor dit winterseizoen.
Op donderdagavond 23 maart is iedereen die geïnteresseerde is in insecten weer welkom in de Unit van de Nooterhof.
Het programma is nog niet helemaal bekend, alleen dat er lezinkjes komen over de franse veldwesp, insecten en muziek en over lieveheersbeestjes. Die laatste komen de komende weken weer tevoorschijn uit hun schuilplaatsen.
Zodra het programma rond is, wordt dat zoals gebruikelijk weer rondgemaild.
Wil je ook een uitnodiging, of je nu al opgeven? Mail naar Alfred!
Alfred van der Burgh
Insectenstudieavonden 2022-2023
Verslag:
Er vlogen veel insecten over tafel en over het scherm op donderdagavond 15 december in de Nooterhof. Hoewel het niet goed gaat met de insecten zijn er gelukkig voldoende soorten om over te praten. En genoeg belangstellenden.
Op de Insectenstudieavond hebben we met 17 geïnteresseerden weer veel geleerd van elkaar.
Tijdens de voorstelronde kwamen er al verschillende waarnemingen langs, vaak uit eigen tuin.
Zo had Marijke Horninge een foto van een Fraaie schijnboktor die ze tegenkwam tijdens één van haar vlindertellingen in Dalfsen, zie foto 1. De mannetjes zijn goed herkenbaar aan de dikke dijen.
Leonieke Kruit liet o.a. een foto zien van de Landkokerjufferuit haar tuin in Wijhe, de enige van de ongeveer 200 Schietmotten in Nederland waarvan de larve (de kokerjuffer) wél in een kokertje, maar níét in het water leeft.
Vervolgens hadden we 4 minilezinkjes over heel verschillende onderwerpen.
Martin Wolters beet de spits af met ‘Kun je tellen? Tel dan mee!’ waarin hij o.a. aandacht besteedde aan het zoeken naar Gentiaanblauwtjes bij het Luttenbergerven.
Ook vertelde hij over Kwartiertellingen, een relatief nieuween eenvoudige methode om vlinders (en eventueel andere soorten) te tellen. Daarbij loop je precies een kwartier lang en noteert elke vlinder die je ziet, zowel de soorten als de aantallen.
Silvio Lindhout hield een presentatie over ‘De eerste vlinder van het jaar: de Meidoornspanner’. Deze nachtvlinder vliegt al in de winter rond mei- en sleedoorn, wat betekent dat Silvio in de winter met zijn zaklamp ‘s avonds regelmatig op de fiets op zoek gaat. De mannetjes hebben reflecterende vleugels.
Na de korte pauze kwam Peter van Dam aan het woord over ‘Een vlieg die steentjes gooit en eitjes werpt’. Het ging om één van de Wolzwevers, zie foto 2. Wellicht heb je deze wel eens in je tuin gezien, wollig en met een lange zuigsnuit. De zogenaamde Rouwzwevers zijn donkere tot zwarte Wolzwevers, ze missen de lange snuit. De Latijnse naam Anthrax anthrax (de Muurrouwzwever) heeft niets met miltvuur te maken, maar verwijst naar de zwarte verschijning (antraciet). De vrouwtjes plakken hun eitjes aan zandkorrels en schieten deze in de nestopening van wilde bijen, bijvoorbeeld in een bijenhotel, waar ze op de larvenparasiteren.
Bram Borkent sloot de avond af met ‘Bioblitzen in de tuin: welke insecten kwam ik tegen?’. Tijdens zijn zoektocht naar 1000 soorten, inclusief vogels, planten enz., kwam hij naast algemene ook veel zeldzame insecten tegen. Zo liet hij een foto zien van een Franse veldwesp, tegenwoordig niet echt meer een bijzonderheid kun je zeggen. Het ging dan ook om een ander diertje: het Veldwespwaaiertje, lid van de orde van Waaiervleugeligen. Deze zijn zeer klein en het vrouwtje parasiteert haar leven lang tussen de ringen (tergieten) van het achterlijf van de Veldwesp.
Onder het motto ‘Leren van elkaar’ was er weer volop gelegenheid om insectenervaringen uit te wisselen in een gemêleerd gezelschap, van leek tot specialist.
De volgende Insectenstudieavond vindt plaats op donderdag 9 februari.
Alfred van der Burgh
Eitjes sleedoornpage tellen.
Komende maanden gaan we weer op zoek naar eitjes van de sleedoornpage.
Vorig jaar hebben we een recordaantal eitjes gevonden (zie grafiek). Ook is het beheerplan sleedoorn dit jaar ten uitvoer gekomen en hebben we een extreem droge zomer gehad.
We zijn dan erg benieuwd wat de score voor dit jaar zal zijn. We gaan binnenkort al beginnen, en wel op zondag 11 december a.s.
Waar dat precies zal zijn wordt komende week verspreid aan de mensen die op de mailinglijst staan voor het eitjes tellen.
Wil je ook op die lijst, laat het ons dan even weten via insecten@ivnzwolle.nl, of kijk op onze Facebook paginawaar we deze teldagen ook aankondigen.
De overige data zijn zondag 11 en 18 december, zaterdag 7 januari, zondag 22 januari en zaterdag 4 februari.
Om alvast in de agenda te zetten!
IVWG, een werkgroep met veel biodiversiteit
Eén van de activiteiten van de Insecten- en Vlinderwerkgroep IVN/KNNV is de werkgroepexcursie. Dat betekent dat we elke 2 à 3 weken het veld in gaan, afwisselend zaterdagochtend en zondagmiddag. We onderzoeken dan een gebiedje op alle zespoters die zich laten zien, maar ook de verborgen wereld van de gallen en mijnen.
Hoe ziet zo’n excursie er dan uit?
We spreken een startpunt af, houden een voorstelrondje en vanaf dát moment gaat iedereen zijn/haar eigen gang. De groep bestaat uit generalisten, specialisten, fotografen, meelopers, . . .
Een gezellig en divers gebeuren met alle ogen gericht op insecten. Maar welke?
De één weet wat meer van libellen, de ander van vlinders of van hommels. En elke keer zijn er mensen bij die gewoon mee willen lopen, kijken en leren of vooral foto’s maken. Soms vindt er een discussie plaats, laten we elkaar iets bijzonders zien en we leren daarbijvooral veel van elkaar.
Wanneer we er in het veld niet direct uitkomen, hebben we ook nog veldgidsen en ObsMapp, een geweldige App waarmee plaats en tijd wordt vastgelegd en die met beeldherkenning goed kan helpen bij het determineren.
Vrijwel alle waarnemingen komen terecht op waarneming.nl zodat er steeds een flinke lijst ontstaat. Meestal zijn er deelnemers bij die wat meer van planten weten, dat kan helpen bij het op naam brengen van plantgebonden insecten zoals mineerders, galvormers of bladrollers.
Sta je niet op onze lijst en heb je zin om ook een keer mee te gaan? Laat het me weten: alfredbur@hetnet.nl, en ik stuur je een uitnodiging. Je hoeft geen kennis te hebben van insecten, wél belangstelling.
Alfred van der Burgh
Een kleurige toekomst voor de sleedoornpage in Zwolle…
Dat was de kop in Nature Today 21 februari jongstleden. Dit naar aanleiding van het Sleedoorn beheerplan van de gemeente Zwolle dat het levenslicht officieel had gezien. Een beheerplan waar we als werkgroep en Vlinderstichting heel blij mij zijn. De gemeente, de Vlinderstichting en wij zullen dit presenteren op de nog te plannen mini-conferentie biodiversiteit van de gemeente.
Op 21 februari werd er nog druk geteld in Zwolle door een aantal fanatieke individuele tellers die doorgingen met tellen lang nadat we gestopt waren met het tellen als groep. Dat gebeurt elke winter een keer of 5 waarbij we in het weekend een hele dag tellen. Uiteindelijk hebben we 13 maart de streep getrokken en stond de teller op het ongelofelijke aan van 1273eitjes!!!
Om een beeld te geven. Ons laatste record is van 2014 waarin we 740 eitjes telden. En de afgelopen jaren zaten we gemiddeld op 300+ eitjes. En dus een absoluut record en ook ruim 900 eitjes meer!
Dit is deels ook te danken aan het lange natellen van enkele zeer ervaren tellers.
Geweldig! Daar zijn we natuurlijk erg blij mee. Na een aantal droge zomers heeft de vorige zomer voor betere omstandigheden gezorgd dan daarvoor.
Als we wat meer gedetailleerd kijken dan zien we dat de oude routes het nog steeds niet zo goed doen. Langs de geluidswallen van de IJsselallee was er wel een lichte verbetering te zien, maar nog lang niet weer op het oude niveau.
Absolute toppers waren Zandhove en de Oude Mars met respectievelijk 480 en 293 eitjes. Maar ook een aantal nieuwe locaties zorgde voor mooie aantallen. In de Geren- en Marslanden vonden we voor het eerst veel eitjes!
Maar vreemd genoeg ook dit jaar in Noord-Zwolle weer nauwelijks eitjes gevonden, terwijl er ieder jaar toch weer enkele waarnemingen zijn. Een raadsel!
Ook hebben we voor het eerst gezocht bij de Voorsterbrug over het Zwolle-IJsselkanaal, daar staat ongelofelijk veel sleedoorn, maar na met een hele groep een ochtend te hebben gezocht stond de teller nog steeds op nul.
Tijdens het tellen hebben we ook alle struiken waar we eitjes in hebben gevonden gemarkeerd voor de ROVA zo dat zij wisten wat te laten staan bij de uitvoering van het beheerplan. Ondanks grote ingrepen is dat is grotendeels gelukt en we zijn heel benieuwd hoe komende winter er alles weer bijstaat.
Wel moeten we nog met de Prorail in overleg. In maart hebben ze in Zwolle-Zuid langs de spoorlijn zo grootschalig gesnoeid dat daar zo’n 60 eitjes zijn verdwenen.
Later deze maand zal er o.a. in het Zwols Natuur Tijdschrift een diepgaander verslag volgen.
Beheerplan sleedoorn
Zoals jullie misschien weten zijn we al een hele tijd bezig met de gemeente Zwolle en de ROVA over het beheer van de sleedoorn populatie ten behoeve van de sleedoornpage. De gemeente heeft dit heeft heel goed opgepakt. Samen met de Vlinderstichting en leden van onze werkgroep is er vorig jaar gewerkt aan een beheerplan voor de sleedoorn.
Het was aanvankelijk de bedoeling dit te presenteren op de miniconferentie biodiversiteit van de gemeente Zwolle ,door Kars Veling van de Vlinderstichting en Silvio Lindhout van onze werkgroep, maar ook hier gooide Corona roet in het eten.
Inmiddels heeft de gemeente er voor gekozen om het plan toch wereldkundig te maken, en via https://www.zwolle.nl/sleedoornpage kun je hier een uitgebreide inleiding vinden.
Mocht je het hele rapport willen ontvangen, laat het ons dan even weten. We willen het niet rücksichtslos aan iedereen sturen, aangezien dat wat minder duurzaam is. en het is een flink rapport, maar ook zeer leeswaardig!
Waar houdt de werkgroep zich mee bezig?
Deze werkgroep houdt zich bezig met loopkevers, dagvlinders, boktorren, zweefvliegen, steenvliegen, nachtvlinders, wantsen, sprinkhanen, houtwespen, libellen en al die andere rondkruipende of fladderende beestjes bestaand uit een kop, borststuk, achterlijf en drie paar poten.
In veel gevallen worden insecten beschouwd als lastige dieren en zeker niet altijd ten onrechte.
Iedereen die de moeite neemt om een wesp, geelgerande waterkever, boktor of houtwurm eens beter te bekijken en te bestuderen komt er snel achter dat het hier buitengewoon fraaie en boeiende diertjes betreft. Een groene zandloopkever, groot avondrood, smaragdlibel of grote moerassprinkhaan zijn oogverblindend fraaie diertjes die je eerder in de tropen dan in Nederland denkt aan te treffen.
In de Benelux komen meer dan 10.000 soorten insecten voor.
De laatste decennia is de kennis omtrent deze diergroep, de grootste op aarde, enorm toegenomen.
Hun aanwezigheid, of juist afwezigheid, zegt veel over de kwaliteit van de natuur. In het huidige overheidsbeleid spelen met name dagvlinders, libellen en sprinkhanen een steeds belangrijkere rol. Van deze insectenfamilies bestaan inmiddels zogenaamde rode lijsten. Ook terreinbeheerders en natuurbeschermingsorganisaties houden bij beheersplannen meer en meer rekening met het voorkomen van insecten. Aan beheersplannen liggen inventarisatierapporten ten grondslag. Het vele veldwerk wordt in Nederland meestal door vrijwilligers gedaan. Deze vrijwilligers zijn niet zelden lid van een plaatselijke KNNV afdeling. De insectenwerkgroep van de afdeling Zwolle is betrokken bij dergelijke inventarisatieprojecten.
Wel zijn er nauwe contacten met De Vlinderstichting, EIS Nederland, de Nederlandse Vereniging voor Libellenstudie en de Libellenwerkgroep Overijssel. Interessante waarnemingen worden doorgegeven.
Contactpersoon: Alfred van der Burgh en Martin Wolters